chevron_left

De steden Tongeren en Borgloon, gelegen in de Haspengouwse fruitstreek, zijn verbonden door twee

historische routes – twee routes waar weliswaar bijna 2.000 jaar tijd tussen zit. De Romeinse heerbaan van Tongeren naar Cassel liep van oost naar west, dwars door Vlaanderen. De mooiste stukken ervan bleven bewaard tussen Tienen, Tongeren en Maastricht. Je fietst van Tongeren naar Borgloon langs het traject van de Romeinse weg. Tijdens de terugrit naar Tongeren staat het Fruitspoor centraal, dat in de tweede helft van de negentiende eeuw ontstond. 


DE ROMEINSE HEERBAAN

De heerbaan Tongeren - Cassel maakte deel uit van een groot en complex netwerk van (water)wegen, dat Rome verbond met de verste uithoeken van het Romeinse Rijk. De handel in landbouwproducten, zout en aardewerk verliep onder meer via deze route waardoor de heerbaan zich al snel ontwikkelde tot een belangrijke verkeersader. De Romeinen organiseerden via het kadaster ook de landbouw en voerden gecultiveerde fruitrassen uit het zuiden in onze streken in. Het gaat om appelen, peren, kersen, pruimen enzovoort. Zij vonden een verspreiding via de Romeinse wegen en werden geteeld op de grote villadomeinen. Het fruit was bestemd voor eigen gebruik en de lokale markt. Deze situatie veranderde nauwelijks tijdens de eeuwen die volgden. 


HET FRUITSPOOR

Op het einde van de 18de eeuw ontwikkelde zich in de regio van Tongeren - Borgloon - Sint-Truiden een ‘fruitgordel’ met hoogstamboomgaarden. De hoogstamboomgaarden bleken uitermate geschikt als weiden voor rundvee. De appelen, peren, kersen en pruimen zorgden voor een welgekomen extra inkomen voor de toenmalige veeboeren. Om al dit lekkers te vervoeren werd sinds het einde van de 19de eeuw gebruikgemaakt van een goederenspoorlijn. Na WO II werd er steeds meer overgestapt op laagstamboomgaarden en werd de fruitteelt - en verwerking - belangrijker dan het vee.



ZOEK EEN REIS