chevron_left

Charles’ Time

Karel Peeters, reisleider  

Het ambacht van reisleiding

Ik was als student op kot in de Abdij van Park in Heverlee bij Leuven. De prior leidde er de bezoekers rond en – omdat ik toen al reisleider was – nam ik dat bij zijn afwezigheid al eens over. 

Op een bepaalde dag wordt een groep rondgeleid door een stadsgids. Ik doe voor hen de bibliotheek open en blijf om alles wat in de gaten te houden.

Op het ronde gewelf vind je onder meer de halfverheven afbeeldingen van de 4 evangelisten en van de 4 kerkvaders, die de kerk als instituut een basis en gestalte hebben gegeven. De gids legt de evangelisten uit aan de hand van hun symbolen.

Een bezoeker vraagt wie de andere figuren zijn.

‘Dat zijn vier abten die hier hebben geleefd in de periode van de verfraaiing van de abdij’, legt de stadsgids uit.

 ‘Maar’, antwoordt de bezoeker, ‘de tweede daar (Gregorius de Grote) heeft een tiara op, de kroon van een paus’. 

‘Dat is een abt die paus is geworden.’ 

Ik dacht dat ik ontplofte. 

Als gids zeg je dan: ‘Sorry, ik weet het niet, ik zoek het op en ik weet u het later te vertellen.’

De volgende keer dat diezelfde gids met een groep naar de abdij kwam, hield ik hem tegen: 

‘Jij gaat eerst studeren, ik neem deze groep wel over.’ 

Reizen leiden is een ambacht, een leerproces dat nooit eindigt. De attitudes en waarden die dit ambacht eisen, moeten in je aard zitten, deel uitmaken van je persoonlijkheid. Eerlijkheid is één van de belangrijkste basiswaarden.

Reizen, overdag én ’s nachts


De logies maken een wezenlijk deel uit van de reis. In Wales wil ik absoluut eens in The Bear in Crickhowell verblijven. Dat hotel is een doolhof. Je verdwaalt van de ene ruimte in de andere, trap op trap af, en er is geen lift. Maar het gebouw heeft karakter. Het geeft de ziel weer van Wales. In The Bear voel je het land, je voelt wat Wales is. Je voelt wat Welshman-zijn betekent. 

Tijdens de reis naar het hart van India logeren wij zoals vele Indiërs wanneer zij op reis gaan. Je waarschuwt je reizigers vooraf met feiten: ‘Je kan al eens een kakkerlak in je kamer tegenkomen!’

In Stockholm verblijven wij in een hotel aan het koninklijk paleis, in het voetgangersgebied. Een dergelijk hotel met een goedkopere prijs is ook buiten Stockholm te vinden. Maar als wij dan ’s morgens de stad willen bezoeken, moeten wij om 8 uur vertrekken om aan te komen om 10 uur. Nu genieten wij uitgebreid van het ontbijt en na vijf minuten wandelen zijn wij in het centrum.

Of ik zeg ’s avonds: ‘Kom, we maken een wandeling.’

De stad is verlicht, het sneeuwt.

Stockholm by night’, met je slaapplaats nabij. 

Je bezoekt de kastelen en kathedralen in Midden-Engeland en je logeert ’s avonds in een Hiltonhotel ... Dat breekt de sfeer. Het mystieke waarin je bent ondergedompeld, verlaat je. 

Bij deze reizen ga ik op zoek naar verblijven zoals een statige manor, waarbij de reiservaringen in maaltijd en slaapplaats dóórleven en kansen krijgen tot verinnerlijking.      

Samenzang


Na het laatste bezoek van de dag, Fountains Abbey, wilde ik de medereizigers verrassen voordat we naar York gingen. Ik zei hen:

‘Mensen, we hebben Fountains Abbey bezocht en we stoppen nog even vooraleer we naar York gaan.’ 

Ik had met de dean van Ripon Cathedral, meer dan een goede kennis, afgesproken om een evensong bij te wonen om 17 uur. Een evensong is het getijdengebed, de ‘vespers’, in de Anglicaanse kerk, een dienst in de late middag of avond waarvan het grootste deel nog wordt gezongen door een knapenkoor. 

Hij ging akkoord op voorwaarde dat ik zou meezingen. ‘Zet je bij je binnenkomst direct in het koorgestoelte. Ik weet dat je kan zingen.’ 

Door het verkeer waren wij een kwartiertje te laat en zou de dienst dus al begonnen zijn. Ik zei aan de medereizigers:

‘Mensen, de reden waarom we hier zijn, is om een evensong bij te wonen. De eredienst zal al bezig zijn, maar je moet het enthousiasme van de Engelsen bij zo’n viering eens in je leven meemaken. We kunnen nu niet meer in het koor plaatsnemen, maar ga in stilte in de middenbeuk zitten, dan kan je goed volgen.’ 

‘Mijn’ reizigers waren totaal verbaasd want dat stond niet in het programma.

Wij gaan binnen. Het was muisstil in de kathedraal. 

Ah, dear Charles, there you are. Come on, so we can start.’ 

Ze hadden gewacht op onze komst. Wij namen allemaal plaats in het koorgestoelte en kregen de teksten.

Als uitsmijter gebruikte de dean een bekende hymne die ook in het Nederlands wordt gezongen met de vraag of de hele groep meezong. Een fantastische ervaring!

Dagelijkse kost

Wij waren in Phnom Penh. ‘Mijn’ reizigers vroegen om op hun laatste avond ‘eens goed te gaan eten’. 

‘Ik ga met jullie naar het chicste restaurant van Phnom Penh, een zeer lekker Frans restaurant, op één voorwaarde.’ 

De voorwaarde was dat wij ook naar een eethuis zouden gaan dat was opgericht door een leraar die met straatkinderen werkt. De kinderen wonen boven het restaurant en leren er een stiel. Het eethuis heeft tafels die de leraar God-weet-waar heeft gevonden met 50 verschillende stoelen. De jongvolwassenen koken er de gewone kost voor Cambodjanen. 

Na het chique diner op de laatste avond gaven heel wat reizigers toe: ‘Eigenlijk heb ik meer genoten van die maaltijd in dat jeugdhuis!’

Welverdiend uitzicht

Een reis in India. 

‘300 trappen, en ik verzeker jullie een prachtig uitzicht over de stad!’

Na 300 trappen was iedereen inderdaad lovend over het uitzicht. 

‘Maar wij zijn toch niet helemaal boven?’

‘Neen, maar ik had u ook slechts één prachtig uitzicht beloofd. Er zijn nog 300 trappen te beklimmen en dan hebben wij wéér zo’n prachtig uitzicht over de streek!

Dit gebeurde nog eens, want het ging om 900 trappen ... 

Maar iedereen van de groep was mee. 

Als ik in het begin had gezegd: ‘900 trappen en ik verzeker jullie een prachtig uitzicht over de stad’, dan had maar een enkeling die 900 trappen beklommen. 

Hechting

De Donaureis, zomer 2016. 

Tijdens de bespreking vooraf zijn er twee koppels met een partner in een rolstoel. Of dat wel zou lukken met al die bezoeken, vroegen zij zich af. 

‘Maar natuurlijk gaat dat lukken. Waarom zou dat niet lukken?’ 

Eén koppel haakt af. 

De dag van de afreis ondergaat mijn moeder een kijkoperatie aan haar hart. Ik bel ‘s avonds naar mijn zus. Alles is goed verlopen. 

De reis verloopt zeer goed. Het is een hartelijke groep, zeer hecht. Na enkele dagen wordt er bij wijze van spreken bijna gevochten om de man in de rolstoel te mogen duwen. 

Op 22 september wordt mijn moeder geopereerd voor het plaatsen van een stent, een operatie die zij niet overleeft. De reizigers verwachtten op dat moment een uitnodiging voor een ‘heimweedag’, zoals ik een nareisbijeenkomst noem. Op zo’n moment wisselen wij belevenissen en foto’s uit en zijn nog eens gezellig samen. Maar in plaats daarvan stuurde ik hen het overlijdensbericht. Op de begrafenis was iedereen van de groep die op dat moment niet in het buitenland was aanwezig. De mooiste appreciatie die ik als reisleider ooit heb gehad.

Redder in nood

Met Kerstmis krijg ik al 38 jaar een kaart, met beste wensen en de woorden ‘nog steeds in goede gezondheid’. 

Een reiziger kreeg op de bus een hartaanval, net toen wij Zwitserland binnenreden. Ik had pas de cursus Eerste Hulp Bij Ongevallen gevolgd.

Ik zei aan de chauffeur: ‘autostrade af, naar de eerste de beste kliniek’ en begon hartmassage toe te passen. In het ziekenhuis stelde de dokter: je ingreep was cruciaal want anders ... 

Een reis om nooit te vergeten, noch voor hem, noch voor mij.

Doseren i.p.v. doceren


In elke stad in India waar wij aankomen, nodig ik ‘mijn’ reizigers uit om wat vers fruit te kopen.

‘Hoeveel verschillende soorten bananen zijn er?’

‘Meer dan 40. Proeven maar! Hier heb je die kleine rode.’ 

‘Is er zoveel verschil met deze?’ 

‘Ja, dat geeft toch een andere smaak.’ 

Kleine zaken misschien, maar zo belangrijk voor een van de sleutels tot succes: het aanwakkeren van verwondering. 

Een reisleider heeft een open en ruim wereldbeeld. Een reis leiden betekent inzichten en verbanden over een bestemming op een heldere wijze aanbieden en de reizigers uitnodigen tot diepgang. Daarbij moet je doseren, niet doceren.

Vandaag heb je door de techniek veel meer opties om aanschouwelijk te werken. De kathedraal van Burgos in Spanje bijvoorbeeld is gebouwd naar het voorbeeld van de kathedrale basiliek Saint-Denis in Parijs. Als je dat zo gewoon zegt, krijg je weleens vragende blikken. Wel, je neemt je iPad en je projecteert beide gebouwen op elkaar. Perfect hetzelfde, uitgezonderd de torens. 


Op reis wordt vaak de afkorting ‘LT’ gebruikt, voor lokale tijd. Maar ik zeg aan ‘mijn’ reizigers dat wij niet de ‘LT’ maar ‘de CT’ gebruiken, de Charles’ Time. Dat betekent dat als het ergens goed toeven is, wij daar eventueel wat langer kunnen blijven dan voorzien. Een reiziger hoeft bijvoorbeeld niet snel zijn hete koffie op te drinken. Op die 3 minuten zal het niet aankomen. 

Mijn devies luidt: ik ben niet op reis, de chauffeur is niet op reis, maar ‘mijn’ reizigers zijn op reis, om te genieten. 

Gesprek op 7 november 2017, Davidsfonds Leuven

Bekijk hier alle reizen die Karel begeleidt.

ZOEK EEN REIS